Limburgs Klaaglied

Ons vader is gekozen tot Prins Carnaval dit jaar
Da's gek hoor, och tenoedel, want hij doet opeens zo raar
Tja, 't is gewoon een heel andere man
Nou, voor mij is 't een carnavalstiran
Hij loopt de hele dag maar in dat prinselijk gewaad
En-en dan zet 'ie weer die muts op en-en dan vraagt 'ie hoe 't staat
Nou, dan zeg ik maar: "Het staat geweldig goed"
Maar 't carnaval zit mij niet in 't bloed

Want, m'n moeder komt uit Drachten en m'n vader uit Maastreech
Ik ben een Friese kruidkoek, maar gekneed uit Limburgs deeg
Dat carnaval dat zit me soms tot hier
Maar ik laat me toch niet kennen en ik zal d'r wel aan wennen
Ik blaas dapper op m'n toeter van papier
Maar ik doe 't voor m'n vader z'n plezier

Mjah, ik ging liever naar de film
Maar dat vind m'n moeder saai
Nee, ik moet de eiers klutsen
Want ze bakt weer eens een vlaai
Ja, daar heb ik ook geen enkele steun meer aan
Die zegt: "ja kind, jouw vaders da's mijn man"
Da's waar, maar potverdikke waarom is ze niet getrouwd
Met een leuke vent uit Drachten of uit Leeuwarden of Grauw
Och, Maastricht is heus fantastisch op zichzelf
Maar 't was nog leuker zonder Raad van Elf

Want m'n moeder komt uit Drachten en m'n vader uit Maastreech
Ik ben een Friese kruidkoek maar gekneed uit Limburgs deeg
Dat carnaval dat zit me soms tot hier
Maar ik laat me toch niet kennen en ik zal d'r wel aan wennen
Ik blaas dapper op m'n toeter van papier
Ook al kan ik niet meer lopen van 't bier

'k Heb ook een vast vrind, een leuke vent heus
Maar carnaval dat maakt van hem een wild verscheurend beest
Nou, hij is omstreeks die tijd echt niet normaal
En-en hij bezigt dan ook dikwijls liederlijke taal, tja
Ik zie hem hele dagen niet, hij gaat gewoon op stap
En elke morgen ligt 'ie snurkend onderaan de trap
Hm, die jongen maakt me vreselijk nerveus
Nou ja, ik ben natuurlijk veel te serieus

Want m'n moeder komt uit Drachten en m'n vader uit Maastreech
Ik ben een Friese kruidkoek maar gekneed uit Limburgs deeg
Dat carnaval dat zit me soms tot hier
Maar ik laat me toch niet kennen en ik zal d'r wel aan wennen
Ik blaas dapper op m'n toeter van papier
Want m'n vaderland is toch uiteindelijk hier

'k Heb ook nog een vriendin, die bij de marcharette zit.
"Da's wat voor jou", zei vader, "waarom wordt je ook geen Let?"
Nou, ben er dan geweest, maar ene keer.
En na die keer, toen hoefde ik niet meer.
Ja zeg, moest daar zo marcheren, half in m'n blote gat.
En toen durfden ze nog zeggen dat ik de ware geest niet had.
Ik weet het wel, ik ben niet zoals zij.
Ik ben anders hè? Daarom hoor ik er niet bij.

Want m'n moeder komt uit Drachten en m'n vader uit Maastreech
Ik ben een Friese kruidkoek maar gekneed uit Limburgs deeg
Dat carnaval dat zit me soms tot hier
Maar ik laat me toch niet kennen en ik zal d'r wel aan wennen
Ik blaas dapper op m'n toeter van papier
Want m'n vaderland is toch uiteindelijk hier